Hoe maken ze een Katana?

katana maken

Hoe maken ze een Katana precies?

Een echte traditionele Japanse zwaard laten maken kan enkele maanden duren. Een katana staat bekend om zijn schoonheid, scherpte en kracht en om dit zo te maken komt er heel wat bij kijken. In de Japanse geschiedenins heeft dit zwaard een zeer belangrijke rol gespeeld in de cultuur.

Maar hoe maakt zo een Japanse meestersmid nu precies zo een zwaard sterk, scherp en prachtig om te zien?

Het smeden van een Katana is bijna ambachtelijke kunst met verschillende stappen. Het begint met vele rituelen opgezet door de smeden met een shinto altaar waarbij er werd gebeden en zuiveringen gemaakt voordat met het echte ambachtelijke werk werd begonnen.

Wij zullen hier uiteenzetten hoe dit katana maken proces met de verschillende stappen verliep.

Fase 1: Kitae of smeden van het staal

Het staal van de kling is gemaakt van Tamahagane, dit verkrijg je uit ijzererts en houtskool.  Om dit te maken hebben de smeden veel werk. Dit ijzer wordt gewonnen uit zwarte ijzerhoudend zand (satetsu), door het op te warmen in een tatara (traditionele oven) tot zeer hoge temperatuur van ongeveer 1400 graden. Het resultaat van dit proces en de mengdelen is dan het traditionele Japanse staal of Tamahagane.  Tamahagane (玉鋼) betekent tama of kostbaar en hagane is staal.  Elke smid heeft zo zijn eigen voorkeur voor een bepaalde samenstelling en zorgt ervoor dat de zwaarden zijn eigen unieke uitstraling hebben.

Niet al het staal uit de Tatara is direct geschikt om een Japans zwaard mee te maken.  Het staal uit de Tatara is Kera met grote variatie in koolstof gehalte. Er wordt voor het katana-blad gekozen voor verschillende staalsoorten om het blad optimale sterkte en flexibiliteit te geven. In de kern gebruikt met staal met een laag koolstofgehalte hocho-tetsu (shingane).  Voor de buitenkant selecteren de smeden de delen met hoog koolstofgehalte (kawagane) zodat deze zo sterk mogelijk zijn en goed scherp kunnen worden geslepen met een scherpe snede.

tatara katana

Een Japanse smid krijgt dus uiteindelijk een blok ruw staal of tamahagane en gaat dit smeden tot een katana-blad.  Dit blok staal zal de smid gaan verhitten, hameren en vouwen om het tot een juiste structuur en vorm te krijgen.

Als eerste werden de brokken tamahagane gebroken en liet men dit schrikken in water. Daarna werden deze in kleine platte stukjes gebroken.

De smid maakte een soort wafel met een handvat om een teko (smeed hulpmiddel) te creëren waarmee het staal in een basis vorm kon worden gesmede. De opgestapelde Tamahagane werden met as en klei bedekt ter bescherming. Dit werd in een oven verhit en uitgehamerd. Om het koolstofgehalte gelijkmatig te verdelen gingen men het staal vouwen, daardoor verdwenen ook de onzuiverheden.  

tamahagane katana-zwaard

De Tamahagane werd terwijl het roodgloeidend uit de oven kwam gevouwen door een inkeping in het midden te maken en in de breedte en lengte te vouwen. Dit vouwen van het staal gebeurde meestal 6 tot 8 keer.  Ook werden door de wisselende hardheden in de lagen het staal door het vouwen taaier.

Dit basis smeden of Shita-gitae  werd gedaan door de Tosho (Yokoza, meester) en zijn discipel (Sente, helper) die in samenwerking op  het staal waarmee het blad wordt gesmede uithamerden.

Het doel van katana-blad vouwen

Door het telkens opnieuw verhitten en vouwen verliest het tamahagane koolstof. Een te hoog  koolstofgehalte zorgt ervoor dat het staal snel zou kunnen barsten, door het te hard en dus breekbaar is. De Japanse meester smeden bekeken met hun ogen of het staal de juiste hoeveelheid koolstof  bevatte, dit maakt dit zwaard maken ook bijna tot een kunst.  Door het meerde malen vouwen ontstaat ook de Ji-hada of oppervlakte patronen zoals bijvoorbeeld itama of masame.  Een smid zal met deze techniek van Tsumi wakashi (stapelen en verhitten) tot verschillende stalen komen.

Na deze fase zal het worden er vier staal soorten geselecteerd met verschillende koolstof gehalte : Shingane (middenmetaal), Munegane (achterkantmetaal), Hanokane (snedemetaal) en Gawagane (zijmetaal).

Uiteindelijk worden al deze staalsoorten samengesmede waarbij de verschillende hardheden en flexibliteit van de delen ervoor zorgen dat er in deze ruwe vorm van het samurai zwaard optimaal gebruik wordt gemaakt van de staaleigenschappen. De teko, die als een soort lollie stok fungeerde, wordt hierna verwijderd. 

keto-katana-zwaard-maken

Zoals reeds vaker aangehaald is het smeden een ware kunstvorm en de verschillende technieken zoals ook het Karajime of koud smeden is een ware ambacht. Met de lichte hamer of kozuchi worden de vormen al ruw aangebracht en verschijnen de shinogi lijn en zorgt men voor een recht zwaard en de juist verhoudingen.

Tijdens Sunobe (hitte smeden) komt de kling nog meer vorm  en zorgvuldig wordt dit staal dus met kozuchi (hamer) uitgehamerd.  Het zwaardblad krijgt nu echt de vorm door het smeden met hitte (hizukuri) waarbij de mune (achterkant) en hirachi worden geslagen om lengte te krijgen en het blad op de juiste dikte. Duidelijk zie je nu langzaam de shinogi, shinogi-ji, nakago en kissaki ontstaan. 

Fase 2: Yaki-ire of temperen

Als voorbereiding op Yaki-ire of schrikken van het blad in het water brengt de smid nu Tsuchioki aan. Elke smid heeft hier zo zijn eigen recept voor hierdoor krijgt het zwaard ook de aansprekende hamon. De  meeste smeden gebruiken hiervoor een kleilaag (yakibsuchi) en bedekken hiermee het katana-lemmet. Yakibsuchi is een geheimzinnig mengsel van water, klei, as en andere ingrediënten. De recepten houdt elke smid vaak geheim.  Deze yakibsuchi worden over het gehele blad oppervlakte aangebracht, dikker langs de mune of rug en veel dunner aan de ha of snede.

Dit is een zeer moeilijk met uiterst belangrijk aspect van het katana-maak proces. De harde snede zorgt ervoor dat deze zeer scherp kan worden geslepen maar het zwaard in zijn totaal niet snel zal breken.

Tijdens het yaki-ire zal de Tosho de werkplaats donker maken zodat hij  de kleur van het zwaardstaal goed kan zien en beoordelen.  Hier komt de echte ambacht en kunst van het zwaard maken tevoorschijn want de smid moet aan de hand van de kleur van het staal de temperatuur ervan vaststellen zodat het temperen succesvol zal verlopen.

De smid zal hiervoor vaak de schemering kiezen zodat alles goed zichtbaar is.

De kling met Tsuchioki voorzien zal wederom in de het houtskool vuur (hodo) roedgloeiend worden verhit tot ongeveer 800 graden.  Zodra de katana-smid de juist staalkleur vaststelt wordt de kling snel in water gedompeld en koelt het staal snel af en zal de kling nog iets krommer trekken. Tijdens yaki-ire is de snede van de katana-kling naar beneden gekeerd en het blad is horizontaal.

yaki-ire temperen katana

Meestal zal de tosho na dit proces met een ruwe slijpsteen de yakiba controleren op mogelijke scheuren. Het oppervlakte van de katana is nu erg hard en deze fase noemt men martensiet.

Het doel van de Tsuchioki is nu om ervoor te zorgen van de rug minder snel afkoelt dan de katana-snede doordat deze beschermd en voorzien is van de vuurvast klei laag waardoor deze meer flexibiliteit behoudt. Tevens wordt de snijkant van de katana-lemmet zeer hard door het snelle afkoelen.

Ook is de hamon nu onstaan en alle hataraki of levendigheid in het zwaardblad.  Met enige kennis van de Japanse zwaarden kan je nu nie of nioi ontdekken.  Nioi lijkt op de geur door de fijne kleine lijntjes in het staal.

De eigenschappen die je kan vinden aan de oppervlakte van een zwaard dragen vaak bij aan de zwaardschool waar je een katana kan onderbrengen en is deel van zijn signatuur.

Voordat een meestermid zijn katana aan de polijster geeft zal hij deze vaak eerst voorzien van zijn mei of signatuur. 

Fae 3: Polijsten van het katana-blad

De Togishi is een professionele zwaardpolijster en een speciale ambachtsvorm. Tijdens de kamakura periode (1185–1333) verschenen deze polijster voor het eerst. Het was voor de Japanse samurai krijgers al belangrijk om hun wapen in goede staat te behouden en deze dus goed te onderhouden.

Tijdens de Edo periode werd het polijsten een echte kunst onder de togukawa clan. Het doel van de togshi is om de vormgeving, kwaliteit en schoonheid van het blad naar voren te brengen. De oudere antieke nihonto werden vaak met 3 soorten stenen gepolijst maar tijdens de Edo periode werden er meestal zeven polijststenen gebruikt.

Tijdens de ji-togi worden de onregelmatigheden van het lemmet verwijderd. Hierna begint het echte polijsten of shiage.  Dit polijsten is een langdurig proces wat makkelijk enkele weken in beslag kan nemen.  Tijdens deze fase kan je een zwaard volledig verruïneren door de geometrie van het blad te verstoren waardoor deze waardeloos is.

Je hebt in de dit proces twee fasen: de Shitaji togi of basispolijsting en Shiage togi of afwerkingspolijsting.

In de shitaji togi ligt de nadruk op de geometrie van het zwaard-blad en het volledig rechtmaken van de kling. De meestersmeden werken met water polijststenen die een steeds fijnere korrel krijgen. Deze werken de krassen van de voorgaande steen steeds weg, waardoor deze uiteindelijk met het oog niet meer zichtbaar zijn.

Er zijn ook kunstmatige stenen waarmee de polijsters vandaag de dag werken maar deze gebruikt men allen in de basis fase omdat de uiteindelijke resultaten minder mooi zijn. Sommige stenen zijn zeer zeldzaam en daarom uiterst kostbaar.

Tijden de finish of Shiage- togi worden alle secties of delen van het blad nauwkeurig bekeken en bewerkt. De kissaki met yokote lijn wordt met nugui na voren gebracht.

De hamon wordt nu duidelijk geaccentueerd met een stijl waarvan de smid beoordeelt of deze geschikt is voor deze katana. Een veel gebruikte stijl is met hadori stenen waardoor de hamon wat lichter opkleurt en zich duidelijke accenten krijgt. Met de bekende sashikomi nugui-stijl wordt de gehele hamon met de hazuya steen bewerkt. De volgende steen is de jizuya dat de hada duidelijker zichtbaar zal worden. De hamon zal hierdoor mooie lichte kleur krijgen.

De Japanse zwaarden hebben vaak achterkant of mune en shinogi-ji spiegel gepolijst, en de middensectie en ha of snede vaak in een mattere afwerking.

polijsten katana

Stap 4: Het monteren van de katana

Na al deze stappen is het nu tijd om de katana volledig samen te stellen. Het handvat of tsuka wordt gemaakt met een kern van hout en daarom heen roggenhuid met een strakke ito of wikkeling van zijde, katoen of leer.  In dit handvat wordt stevig de tang of nakago geborgd met twee mekugi in de openingen van de tang.  Alle onderdelen van de koshirae worden aangebacht zoals de menuki, fuchi en kashira die het zwaard zijn eigen unieke uiterlijk geven. De habaki wordt speciaal op maat gemaakt zodat het blad goed kan worden geplaatst in de schede of saya. Deze is van hout en mooi afgewerkt met lak. Bij vele samurai zwaarden worden deze aanvankelijk geleverd in shira-saya waar het blad veilig in kan worden opgeborgen.

Het maken van een katana is een complex proces uitgevoerd door echte ambachtslieden waarbij een Japans zwaard ontstaat waarbij kunst en een wapen samenkomen.  De smeden zijn deel van een eeuwenoude traditie waarbij “de ziel van de samurai” het zwaard vertegenwoordigen.

katana

Share this content